Vochtige duinvalleien in topconditie
20 jaar infiltratie van voorgezuiverd rivierwater uit de Afgedamde Maas laat geen negatieve effecten meer zien op de vochtige duinvalleien in Meijendel. De Wageningse studie van Tom van Heusden onder begeleiding van prof. dr. Joop Schaminée toont dit aan. Kwaliteit van de vochtige duinvalleien is nog nooit zo goed geweest en bijzondere plantensoorten zijn terug van weggeweest.
Zoetwatervoorraad
Dat was in het verleden anders. Eeuwenlange neerslag heeft onder de duinen gezorgd voor een natuurlijke zoetwatervoorraad. Tot 1955 kon het drinkwaterbedrijf hier ongestoord uit putten. Maar om over voldoende drinkwater te blijven beschikken, is vanaf 1955 het water in de duinen aangevuld met voorgezuiverd rivierwater. In eerste instantie was dat water uit de Lek (ingenomen bij Bergambacht) en vanaf 1976 uit de Afgedamde Maas. Met dat water kwamen ook - achteraf ongewenste - voedingsstoffen mee. Promotieonderzoek van wijlen Erik van Dijk toonde de negatieve invloed aan op de vochtige duinvalleien.
Biodiversiteit
Het voedselrijke water uit de Lek en neerslag van stikstof hebben ervoor gezorgd dat in het duin sommige planten sterk gingen domineren. Planten die van nature niet in zulke hoeveelheden in het kalkrijke duin horen. Hierdoor nam de natuurlijke biodiversiteit af. Het doorsijpelende kwelwater met voedingstoffen vanuit de infiltratieplassen had een negatief effect op de duinvalleien.
In 1976 is Dunea gestart met de defosfatering in de Afgedamde Maas ter hoogte van Wijk en Aalburg. Door het toevoegen van ijzersulfaat wordt het fosfaatgehalte in het rivierwater sterk verlaagd. Deze verre voorzuivering heeft in hoge mate bijgedragen aan een verbetering van de kwaliteit van het water. Het kwelwater naar de vochtige duinvalleien was daardoor weer goed op orde.
Vergroten oppervlakte duinvallei
Het schone kwelwater heeft wel ruimte nodig. Daarvoor is het oppervlak aan duinvalleien vergroot. Dit kon door infiltratieplassen op te heffen en bestaande duinvalleien af te plaggen. Met afplaggen wordt bedoeld: het weghalen van de voedingsstofrijke toplaag. In overleg met o.a. de Stichting Duinbehoud is vanaf 1996 in tien jaar tijd de magere 2 tot 3 ha uitgebreid naar ongeveer 65 ha. Een gezamenlijke financiering van de Provincie Zuid-Holland en Dunea heeft dit mogelijk gemaakt.
Kikkervalleien
In de winter van 1996 zijn als eerste de Kikkervalleien hersteld. Hiervoor is driekwart van een infiltratieplas opgeheven om ruimte te maken voor de duinvallei. Bovendien zijn omliggende duinvalleien, die te veel voedingsstoffen bevatten, geplagd.
Successie
De centrale vraag van de Wageningse studie van Van Heusden was: 'wat is de ontwikkeling van de soortensamenstelling en de bodem?'. Oftewel: komt de begroeiing en de bodem overeen met de verwachtingen na 20 jaar schoon kwelwater? Als doorsijpelende voedingsstoffen vanuit de infiltratieplas nog steeds een rol zouden spelen, dan zouden bepaalde planten weer zijn gaan woekeren en de in duinvalleien thuishorende planten verdringen.
Verbluffend
Het onderzoek van Van Heusden toont aan dat het kwelwater, dat vanuit de infiltratieplassen richting deze duinvalleien stroomt, niet meer de ontwikkeling van de duinvalleien beïnvloedt. Een onderzoek naar de flora van de Kikkervalleien door Frans Hooijmans bevestigt dit resultaat. Sterker nog, het laat zien dat ook heel bijzondere soorten weer terug zijn gekeerd in Meijendel. Het betreft onder andere oeverkruid en dwergbloem. Deze soorten zijn 85 respectievelijk 185 jaar niet meer waargenomen in Nationaal Park Hollandse Duinen. Een verbluffend resultaat.
Meer informatie?
Het rapport van Tom van Heusden.
Wilt u meer weten over de duingebieden van Dunea? Bezoek dan onze 'Duinen' pagina's.